Glastuinbouw en TOV in Noord-Brabant
De Nederlandse tuinbouw heeft wereldwijd een koppositie op het gebied van (teelt)techniek, duurzaamheid en productiewaarde. Onze tuinders zorgen iedere dag voor producten van de hoogst mogelijke kwaliteit, zoals: groenten, fruit, bloemen, bomen, planten en plantmateriaal.
Om die koppositie te behouden moeten tuinders de ontwikkelruimte krijgen die ze verdienen. Concreet betekent dat (mogelijke) groei van solitaire kassen en glastuinbouwclusters, permanente teeltondersteunende voorzieningen (TOV) mogelijk maken aansluitend aan een bestaand bouwvlak en ontwikkeling van nieuwe glastuinbouwclusters. Daarbij moet ook goed gekeken worden naar de energievoorziening en de benutting van reststromen.
Tuinbouw in transitie
De tuinbouwsector staat in het middelpunt van veel veranderingen en ontwikkelingen. Zo verschuift de consumptie steeds meer van dierlijk naar plantaardig voedsel: een enorme kans voor de sector. Consumenten eisen een steeds hogere kwaliteit van de producten, terwijl teelt in de open lucht steeds uitdagender wordt door steeds extremere weersomstandigheden. De maatschappij vraagt in toenemende mate om lokale, traceerbare en soms ook biologische producten, geproduceerd met weinig emissies en gewasbeschermingsmiddelen. Het voorzien in de behoefte aan voldoende gekwalificeerd personeel is eveneens een toenemende uitdaging. Een duurzame reactie op deze vraagstukken is meer productie in kassen en op teeltondersteunende voorzieningen. De tuinbouw pakt deze uitdagingen graag op, maar heeft daarvoor wel de ruimte nodig. Zowel in de fysieke ruimte als in beleid en regelgeving: ontwikkelingsruimte dus. Met een bloeiende, toekomstbestendige tuinbouwsector kan Nederland rekenen op een sector die bruist van de innovatie, economisch toegevoegde waarde en hoogwaardige, heerlijke producten.

De glastuinbouw heeft een aandeel van 0,9% in de totale economie van Noord-Brabant, zowel in toegevoegde waarde (891 miljoen euro) als in werkgelegenheid (9.869 arbeidsjaareenheden). De vollegrondstuinbouwcluster (vollegrondsgroenteteelt (incl aardbei) en boomteelt) leverde in 2016 bijna 600 miljoen euro aan netto toegevoegde waarde en een werkgelegenheid van ruim 9.400 arbeidsjaren. Daarnaast is er nog toegevoegde waarde vanuit overige tuinbouwsectoren en blijvende teelt (hardfruit, zachtfruit (bramen, frambozen en bessen), paddenstoelen, bollen, gemengde (glas)tuinbouwbedrijven. (Zie bron).
Ambities in de glastuinbouw
Als logische reactie op de maatschappelijke, economische en klimatologische ontwikkelingen is er steeds meer vraag naar ruimte voor glastuinbouw. In Brabant bevindt zich op dit moment ongeveer 1700 hectare glastuinbouw. (Zie bron). Deze bedrijvigheid is verdeeld over solitaire locaties en clusters van glastuinbouwbedrijven. De solitaire locaties staan al jaren onder druk. Doordat de grondprijzen in de aangewezen vestigingsgebieden veel hoger zijn kunnen de solitaire bedrijven vaak niet verhuizen naar een clustergebied. Daarnaast heeft een deel van de bedrijven de voorkeur om op een solitaire locatie te ondernemen vanwege de combinatie met de buitenteelt en/of een lagere ziektedruk. Op een solitaire locatie is de ziektedruk lager omdat er minder kans is op uitwisseling met buurlocaties.
Bedrijven ín de clustergebieden zijn ook niet altijd in staat om zich te ontwikkelen en invulling te geven aan hun ambities door gebrek aan ruimte. Naast economische ambities is de glastuinbouw ook een ambitieuze en veelbelovende sector als het om verduurzaming gaat. Zo heeft zij in haar visie uitgesproken op afzienbare termijn energieneutraal te willen produceren. Gezien de uitdagingen waar deze sector voor staat en de kansen die er liggen in slimme combinaties met andere functies in het landschap, zoals energieopwekking en industriebedrijven met restwarmte is het gewenst dat de overheid hier samen met de sector regie op voert.

Om de kwaliteit van fruit te kunnen waarborgen is bescherming van het gewas door middel van een overkappingssysteem (zoals deze) noodzakelijk. Deze teeltondersteunende voorzieningen houden overvloedige neerslag en hagelbuien tegen, en bieden bescherming tegen vogels en schadelijke insecten.
Teeltondersteunende voorzieningen
Klimaatverandering en hogere eisen van de consument zorgen voor meer vraag naar ruimte voor glastuinbouw en teeltondersteunende voorzieningen (TOV), in plaats van tuinbouw in de volle grond om te komen tot een optimale oogst. De precieze invulling van de TOV kan verschillen, bekende voorbeelden zijn de stellingen om aardbeien in te telen, plastic overkappingssystemen, trayvelden voor de opkweek van plantmateriaal en containervelden voor potplanten. Door gebruik te maken van TOV kan de teler ook veel zuiniger omgaan met gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen en water.
Maatschappelijke impact
De economische betekenis van de tuinbouw voor ons land is aanzienlijk. In 2019 was alleen al de glastuinbouwsector goed voor ruim 10 miljard euro omzet, oplopend tot meer dan 17 miljard euro als ook gerelateerde bedrijvigheid wordt meegenomen. Het zuiden van Nederland is een belangrijke vestigingsplaats voor (glas)tuinbouw. In Noord-Brabant is bijna 20% van de ongeveer 10.000 hectare glastuinbouw, 80% van de aardbeienteelt en 40% van de Nederlandse boomkwekerij gevestigd.