Bestrijdingsmiddelen in de landbouw: waarom zijn ze nodig?

Foto Meijs. de reevliet-35

Bestrijdingsmiddelen in de landbouw: er is van oudsher veel discussie over. Dat begint al bij de benaming: tegenstanders noemen het ‘landbouwgif’, voor boeren is het ‘gewasbescherming’. Maar hoe zit het nu echt? Hoe schadelijk zijn die middelen en kunnen we echt niet zonder? Akkerbouwer Joris Baecke en ZLTO expert Peter van ‘t Westeinde geven helder tekst en uitleg. 


Waarom zijn bestrijdingsmiddelen zo omstreden? 

“Als je kijkt naar de manier waarop sommige bestrijdingsmiddelen in het verleden zijn gebruikt, dan is het logisch dat mensen hun bedenkingen kunnen hebben over gewasbescherming”, zegt Peter van ’t Westeinde, boomkweker en expert op het gebied van gewasbeschermingsmiddelen. “Neem DDT als voorbeeld. Dat werd vroeger breed toegepast en bleek later heel schadelijk. Daar hebben we als maatschappij en als landbouw gelukkig van geleerd. De wetten en regels zijn veel strenger, waardoor het gebruik van gewasbescherming in de Nederlandse landbouw veilig is voor mens, dier en het milieu.”  

Hoe schadelijk zijn de bestrijdingsmiddelen in de landbouw? 

“Gewasbeschermingsmiddelen zijn veilig voor mensen, dieren en het milieu als je ze gebruikt zoals is bedoeld”, zegt akkerbouwer Joris Baecke. “In Nederland beoordeelt het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) welke middelen we in de landbouw mogen gebruiken en op welke manier. Dat zijn de regels waar we ons aan houden. Daardoor zijn die middelen wél schadelijk voor de onkruiden, insecten of schimmels die je probeert te bestrijden, maar juist niet voor gewas dat we proberen te beschermen en niet schadelijk voor mensen, dieren en het milieu.”  

Op de website van het Ctgb lees je hoe ze die risicobeoordeling  voor gewasbeschermingsmiddelen doen.  

Bestrijdingsmiddelen in de lucht, water en onze voeding 

Ondanks die regels worden er soms sporen van gewasbeschermingsmiddelen aangetroffen in de lucht, het oppervlaktewater en grondwater en in onze voeding. Dan gaat het zowel om middelen die nu én vroeger werden gebruikt. De concentraties van die stoffen zijn echter zo laag dat ze geen risico vormen voor de gezondheid. Onder andere het RIVM doet daar regelmatig onderzoek naar.    

Waarom zijn er bestrijdingsmiddelen nodig in de landbouw? 

“Boeren willen zorgen voor genoeg en goed voedsel. Dat doen we heel gericht door bepaalde gewassen te verbouwen, buiten in de natuur. Onkruiden, ziektes, schimmels en andere plagen kunnen dat groeiproces verstoren. Daarom moeten we soms middelen en manieren gebruiken om de gewassen te beschermen, zodat ze op een gezonde manier kunnen volgroeien. In de reguliere landbouw doen we dat dus deels met gewasbeschermingsmiddelen, maar ook met allerlei andere methodes. Denk dan bijvoorbeeld aan ploegen, schoffelen en branden.” 

Lees hier hoe werkt in de biologische landbouw

Neemt het gebruik van bestrijdingsmiddelen toe?

Nee, het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw daalt. Tussen 1988 en het jaar 2000 was die daling door een meerjarenplan gewasbescherming enorm met maar liefst 52%. Daarna vlakte die neergaande lijn weliswaar af, maar zette die daling wel door. Uit de meest recente cijfers van het CBS blijkt bijvoorbeeld dat de landbouw in 2020 ruim 11 procent minder middelen gebruikte dan in 2016.  

Gebruik omlaag door meer bewustzijn

Dat we minder middelen gebruiken, heeft meerdere oorzaken, zegt Joris Baecke. “We spuiten ten eerste minder omdat we ons steeds beter bewust zijn van het belang van een gezonde bodem. We willen de natuurlijke processen zo min mogelijk verstoren, dat is beter voor onze gewassen. Dat doen we onder andere met precisielandbouw. Bijvoorbeeld door een robot die de gewassen op het land scant en zo de ongewenste planten heel gericht kan bespuiten. Ook zie je dat er ook steeds vaker wordt gekozen voor biologische middelen.” 

“En de tweede reden is simpel, maar voor ons als boeren ook belangrijk: die middelen kosten geld. Dus als je minder kunt spuiten, dan heb je ook minder kosten.” 

Wat zijn de regels als het gaat om de middelen in de landbouw? 

De Europese Unie bepaalt welke stoffen er wel en niet in de gewasbeschermingsmiddelen mogen zitten. De lidstaten zelf gaan over de toelating van de producten waar die middelen in zitten. “Daardoor kan het bijvoorbeeld dat het ene middel wel in Frankrijk mag worden gebruikt, maar niet in Nederland”, zegt Peter van ‘t Westeinde.  

“In Nederland gaat het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) over de toelating van al die verschillende middelen. Ook schrijven ze voor wie het mag gebruiken en op welke manier. Voor professioneel gebruik moet iedereen die met deze middelen werkt daarnaast een licentie hebben. Dat ‘Bewijs van vakbekwaamheid’ krijg je als je een speciale opleiding hebt voltooid.” 

Hoe vaak worden die regels aangepast? 

Er is continu wetenschappelijke discussie over de veiligheid van alle verschillende gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Daarom geldt voor de toelating van elk middel een periode. Het einde van die periode heet de expiratiedatum. Daarna mag het middel niet meer worden verkocht, tenzij er anderhalf jaar voor die datum een verlengingsaanvraag is aangevraagd. Dan kan het middel opnieuw worden beoordeeld aan de hand van de dan geldende richtlijnen. Deze periode is meestal 10 jaar, maar soms korter. Bij het veelbesproken middel glyfosaat is het bijvoorbeeld 5 jaar.   

Neemt het aantal toegestane middelen af?  

Ja, in 2020 wees het Ctgb zestien van 123 aanvragen voor toelating van middelen af, blijkt uit het jaarverslag. Dat merken boeren ook in de praktijk. Joris Baecke. “Wij als telers merken dat de voorwaarden voor toelating steeds strenger worden, waardoor er steeds meer producten van de markt verdwijnen.” 

Kunnen we ook zonder chemische bestrijdingsmiddelen in de landbouw?  

Ja, dat kan, zegt Baecke. “In de biologische landbouw doen ze dat immers al. Je ziet wel dat dit veel arbeidsintensiever is en dat de kosten voor voedselproductie daarom hoger zijn. Dat komt omdat je vaker moet schoffelen en op andere manieren aan de slag moet om plagen te bestrijden. En omdat je dan vaker over het land rijdt met machines, verstoor je op die manier het bodemleven ook vaker. Zonder chemische middelen werken heeft dus ook nadelen.” 

Maar waarom zouden we zonder moeten? 

Waarom zouden we dat eigenlijk, zonder chemische middelen voedsel verbouwen? Die wedervraag is volgens Baecke belangrijker. “Mensen gaan er voor het gemak van uit dat het gebruik van deze middelen schadelijk is. En dat is het dus niet. In Nederland werken we verantwoord en dan zijn deze middelen veilig.”  

En hoe zit het met de bestrijdingsmiddelen die we thuis gebruiken? 

Volgens Baecke mag het daar wel vaker over gaan. “Als boer werken we samen met natuurlijke processen en grijpen we alleen in als het echt nodig is. Ik ben echt geen fan van de gifspuit. Het is een noodzakelijk kwaad. En als ik dan zie met welk gemak mensen bijvoorbeeld het groen tussen hun tuintegels wegspuiten, dan vraag ik me echt af waarom ze dat doen. Ten eerste is het vaak niet een echt een bedreiging voor je woning of je tuin én het is met een beetje boerenverstand ook heel makkelijk te voorkomen of anders aan te pakken. Ik vind die discussie eigenlijk belangrijker.”   

Wat zijn alternatieven voor chemische bestrijdingsmiddelen? 

Er komen steeds meer biologische middelen op de markt. Maar die ontwikkeling gaat volgens Peter van ‘t Westeinde eigenlijk niet snel genoeg. “Als agrarische sector maken we ons daar wel zorgen over. De producenten werken hard aan de ontwikkeling van die producten en wij willen ze ook graag gebruiken. Alleen duurt het heel lang voordat die producten worden goedgekeurd voor gebruik.” 

Hoe lang duurt het voordat een nieuw middel wordt goedgekeurd? 

“Om een nieuw middel te ontwikkelen hebben producenten vele jaren nodig”, zegt Peter van ‘t Westeinde. “Daarna zijn ze nog veel meer tijd kwijt om met wetenschappelijke onderzoeken aan te tonen dat het middel werkt én dat het veilig kan worden gebruikt. Dat hele proces is aan strenge regels gebonden. Aan de ene kant is dat natuurlijk goed omdat het zorgvuldig is. Maar aan de andere kant zorgt dat het de ontwikkeling van meer duurzame biologische gewasbeschermingsmiddelen kan vertragen.” 

Welke soorten gewasbescherming zijn er? 

  • Herbiciden: werkzaam tegen onkruiden
  • Insecticiden: werkzaam tegen insecten 
  • Fungiciden: werkzaam tegen schimmels 
  • Nematiciden: werkzaam tegen aaltjes 
  • Larviciden: werkzaam tegen larven 
  • Acariciden: werkzaam tegen mijten
  • Rodenticiden: werkzaam tegen knaagdieren 
  • Mollusciciden: werkzaam tegen weekdieren 
  • Bactericiden: werkzaam tegen bacteriën 
  • Viruciden: werkzaam tegen virussen 
  • Groeiregulatoren: middelen die levensprocessen van planten beïnvloeden 

Reageren op dit bericht

Voor jou als lid is het mogelijk om te reageren op dit bericht

Inloggen