Ralf Pijnenburg - Nieuwe Oogst
Dertig ZLTO-leden bezochten vorige week het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) op uitnodiging van het directoraat-generaal Landelijk Gebied en Stikstof. Het werkbezoek was een vervolg op een eerdere vertoning van de documentaire ‘De Pijn op het Platteland’ op het ministerie en daaruit voortvloeiende werkbezoeken van ambtenaren aan agrarisch ondernemers in het ZLTO-gebied.
Vanwege de positieve ervaringen tijdens deze werkbezoeken, waarbij leden van ZLTO in de gelegenheid waren om ‘het echte verhaal’ te vertellen en ambtenaren kennis te laten maken met de agrarische praktijk, was het idee van dit omgekeerde werkbezoek aan Den Haag ontstaan. Het doel van het bezoek van 21 november was volgens ZLTO dan ook tweeledig: kennismaken met de politiek-bestuurlijke wereld in het Haagse en bouwen aan duurzame relaties tussen leden van de belangenvereniging en ambtenaren van LVVN.
Informeel
Maaike Mikkers, beleidsspecialist sociaal-economisch beleid en onderwijs bij ZLTO: ‘We zetten ons in voor laagdrempelige en informele contacten tussen individuele boeren en tuinders en ambtenaren. De vraag hoe de optelsom aan beleidsmaatregelen zich concreet vertaalt naar het erf van de boer stond daarbij centraal.’
In verschillende gespreksrondes is allereerst gesproken over communicatie en participatie: wat zijn de do’s-and-don’ts? Dit ging bijvoorbeeld over de vraag hoe er meer aandacht kan zijn voor de enorme impact van de transities voor veel boeren en tuinders.
Mikkers: ‘Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat boeren en tuinders zich hierin meer gezien en gehoord voelen? Daarnaast zijn over en weer suggesties gedeeld over kansen voor effectievere gebiedsprocessen. Hoe voorkomen we bijvoorbeeld dat er sprake is van langdurige overleg- en vergadercircuits en zorgen we samen voor integrale oplossingen die recht doen aan waaraan lokaal behoefte is?’
Buiten en binnen
Ten slotte kwam volgens de beleidsspecialist ter sprake hoe het ministerie van LVVN meer kennis en expertise van ‘buiten’ naar ‘binnen’ kan brengen. ‘Hoe kunnen we er met elkaar voor zorgen dat de maatregelen vanuit Den Haag zoveel mogelijk aansluiten bij de alledaagse praktijk? Uit deze gesprekken zijn onder meer ideeën ontstaan als meewerk-dagen voor managers en ambtenaren van het ministerie op boerenbedrijven.’
Verder werd geopperd om meer Boer over de vloer-bezoeken aan LVVN en boerenlunches te organiseren gekoppeld aan bepaalde thema’s. Ook was er de suggestie om in nota’s aan de minister vaker een korte alinea op te nemen over aandachtspunten vanuit de uitvoeringspraktijk van boeren en tuinders. Mikkers: ‘En om in een vroeg stadium, al aan de voorzijde, input te geven over voorgenomen beleid en een haalbare uitvoering. Kortom, we kijken terug op een vruchtbaar werkbezoek, waarop we de komende tijd gaan voortbouwen.’